Pieter Duisenberg, de nieuwe voorzitter van de Vereniging van Universiteiten (VSNU), laat in een reactie weten dat hij de kritiek op zijn benoeming vanwege zijn achtergrond bij de VVD ongegrond vindt.
De reactie van het voormalige VVD-kamerlid volgt op een storm van kritiek de afgelopen weken die volgde op zijn benoeming. Een petitie vanuit de Universiteit van Amsterdam tegen zijn aantreden is al bijna 4.800 keer ondertekend, zowel door studenten als door hoogleraren. Het grootste bezwaar dat tegenstanders aandragen zijn bepaalde uitlatingen over het hoger onderwijs die Duisenberg als Kamerlid gedaan heeft. Zo wilde hij dat er een onderzoek ingesteld zou worden naar de politieke achtergrond van onderzoekers, waarvan hij nu zegt dat het vooral ging om academische onafhankelijkheid. Verder heeft hij voorgesteld dat het geld dat vrijkomt door afschaffing van de basisbeurs hoofdzakelijk gestoken moet worden in technische studies en liet hij zich regelmatig uit voor het opheffen van de zogeheten ‘pretstudies’. Ook daar neemt hij nu grotendeels afstand van, hoewel hij wel vindt dat er genoeg geld moet naar studies waar veel animo voor is, zoals de technische studies.
Duisenberg zegt bovendien dat zijn eerdere opvattingen losstaan van zijn nieuwe functie bij de VSNU. Hij heeft een andere rol en zijn eerder gedane uitspraken zouden niks te maken hebben met wat hij nu doet. Om de spanning uit de lucht te nemen begint Duisenberg zijn termijn als voorzitter met een tournee langs de Nederlandse universiteiten. Wanneer hij op de Radboud Universiteit langskomt is op dit moment nog niet helemaal zeker. Daarnaast gaat hij om de tafel met de personen achter de petitie, want hij vindt het belangrijk om te luisteren en op de hoogte te zijn van wat er speelt in het hoger onderwijs. Nu maar hopen dat dit ook geldt voor de pretstudies.