Home Reportage Goed verhaal, lekker kort: Moeilijk mooi en mokerkut

Goed verhaal, lekker kort: Moeilijk mooi en mokerkut

door Redactie

In ‘Goed verhaal, lekker kort’ krijgen studentikoze taalverschijnselen hun welverdiende portie aandacht in een goed, maar lekker kort verhaal. Deze keer: Moeilijk mooi en mokerkut.

Tekst: Noor de Kort

Wat is het toch heerlijk om je mening de wereld in te slingeren, liefst zo ongegrond mogelijk, maar met volle overtuiging. Vooral op social media is de onderbouwing vaak ver te zoeken, maar de mening daarom niet minder sterk geformuleerd. Onder de studentenpopulatie zijn voor het overtuigd brengen van een mening intensiveerders intens populair. Iets is niet zomaar mooi, nee: het is moeilijk mooi. Hatert is niet een beetje lelijk, nee: pauperlelijk. ‘Hoe ging je tentamen?’ ‘Mokerkut.’ ‘Niet goed geleerd?’ ‘Jawel; de vragen waren ziek lastig.’

Afgeschreven intensiveerders
Een intensiveerder is een element in een uiting dat kan worden weggelaten en dan zorgt voor een minder sterke uiting. Deze elementen hebben niet het eeuwige leven. Neem ‘erg’ en ‘zeer’; een ‘erg mooi concert’ klinkt niet als een avond waarop je als een beest hebt staan swingen. De beoordeling ‘teringmooi’ komt dan net wat beter uit de verf. Ooit waren ‘erg’ en ‘zeer’ net zo heftig als het nu veelgebruikte ‘fucking’, ‘intens’ of ‘tyfus’. Door het vele gebruik verloren ‘erg’ en ‘zeer’ echter hun kracht en daarom wordt steeds gezocht naar nieuwe intensiveerders.

Ziek negatief
Negatieve termen doen het beter dan positieve bij het versterken van je mening. Oorspronkelijk had ‘zeer’ de betekenis ‘pijnlijk’ en ‘erg’ betekende ‘onaangenaam’. Deze betekenissen zijn echter al lang niet meer hoorbaar in combinatie met een bijvoeglijk naamwoord of bijwoord. Als intensiveerder is de dominante betekenis nu ‘in hoge mate’. De negatieve bijklank is verdwenen en dus wordt er steeds weer gezocht naar extremere negatieve termen zoals ‘moeilijk’, ‘kapot’ en ‘ziek’. Ook specifieke ziektes zoals ‘tering’ en ‘tyfus’ worden veel gebruikt als intensiveerder en als scheldwoord. Andere ziektes worden echter alleen ingezet bij een fikse scheldpartij. Als je écht stoer bent, zeg je ‘dat is aids’ en zij die vernieuwend willen zijn gooien er af en toe ‘ebola’ in.

Survival of the fittest
Sommige intensiveerders ondergaan dus een betekenisverandering, waardoor er weer nieuwe nodig zijn. Andere redden het niet in de strijd der intensiveerders. Met de komst van de elektronica brak de periode van ‘mega’ en ‘giga’ aan. Hoe meer bytes, hoe krachtiger je mening was. ‘Mega’ hoor ik nog af en toe voorbijkomen, maar ‘giga’ lijkt te zijn gestorven op het slagveld. Op ‘teravet’ heb ik overigens nog nooit iemand kunnen betrappen; waarschijnlijk waren dat toch een paar bytes te veel.

Tyfus, ziek, kapot, tering; een ziekte of negatieve term kan niet heftig genoeg zijn voor het krachtig brengen van je mening. Hoe leger het glas, hoe beter. Als de ene ziekte is bestreden, vinden we wel weer een nieuwe bruikbare doodsoorzaak en als ‘erg’ niet meer heftig genoeg klinkt, is het tijd voor ‘kapot’ of ‘ziek’. Wat ik ervan vind? Ik vind helemaal mooi.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen