Home NieuwsRadboud Universiteit Debat: zijn er te veel studenten op de campus?

Debat: zijn er te veel studenten op de campus?

door Redactie

Een debat deze woensdag over de drukte op de Radboud Universiteit ontspoorde in een woordenstrijd over de invulling van academisch onderwijs. Hoofdveroorzaker van deze wending was hoogleraar Filosofie Jan Bransen, die met zichtbaar genoegen het onderwerp naar zijn hand zette. Zijn mede-debatgenoten, voorzitter van het College van Bestuur, Daniël Wigboldus en lid van de Universitaire Studentenraad, Savannah Mellendijk, konden weinig meer dan meegaan met zijn stellingen. Debatleider Marcel Becker vatte aan het einde samen: ‘Van tevoren dachten we dat dit debat over praktische zaken zoals de drukte op de Heyendaalseweg zou gaan. Uiteindelijk hebben we het alleen gehad over wat academisch onderwijs is en waar het goed voor is.’

Luie selectie
Toen Bransen het woord mocht voeren, kwam hij direct ter zake. ‘Ik vind beslist dat er te veel studenten op de universiteit zijn.’ Zijn reden was verrassend: niet vanwege praktische problemen, maar vanwege een overschot aan niet-kritische studenten. Bransen: ‘Academisch onderwijs gaat over het ploeteren wanneer je tegen de grenzen van je kennis aanloopt. Nu zie ik heel veel studenten die niet geneigd zijn om dit te doen.’ Volgens de hoogleraar zouden alleen studenten die ‘de juiste vragen stellen’ mogen worden toegelaten. ‘Alle studenten komen zomaar binnen! We zouden hier aan alle studenten in het eerste jaar kritisch moeten vragen met welk doel ze hier komen. Kom je hier jezelf academisch vormen? Daarom vind ik dat er toelatingsgesprekken over dit onderwerp zouden moeten komen.’

Wigboldus en Mellendijk waren niet heel kritisch op de radicale ideeën van Bransen, die enorme maatschappelijke en systematische veranderingen met zich mee zouden brengen. Wel vroeg Mellendijk aan Bransen hoe de selectie die Bransen voorstelde eruit zou moeten zien. ‘Op dit moment wordt er ontzettend lui geselecteerd’, antwoordde de hoogleraar. ‘Als je selecteert op een cijfer betekent dat eigenlijk helemaal niks. Als je geen diploma’s of cijferlijsten meer zou hebben, moeten toelatingscommissies echt aan de bak om studenten te leren kennen.’

Daniël Wigboldus, voorzitter van het CvB, reageerde geprikkeld op deze opmerkingen van Bransen. ‘Ik ben er trots op voorzitter te zijn van een universiteit die breed toegankelijk is en vind het fantastisch om te zien hoe jonge mensen hier op jonge leeftijd uitgedaagd worden om die academische vragen te stellen. Ik wil daar niemand in beperken.’

Livestream naar collegezaal
Alleen aan het begin van het debat ging het even over de praktische kant van het overschot aan studenten toen Mellendijk, die als eerste het woord kreeg, praktische problemen opsomde. ‘Docenten ervaren te veel druk. Studenten staan in de rij voor de UB, moeten luisteren op trappen van collegezalen en worden soms zelfs door de drukte de collegezaal uitgestuurd.’ Volgens het USR-lid zijn deze praktische problemen vervelend, maar is dit geen reden om geen limiet aan het aantal studenten te stellen. ‘Iedereen die ervan droomt om aan de universiteit te kunnen studeren moet die droom kunnen waarmaken.’

Liever zag Mellendijk goede praktische oplossingen voor grote studentenaantallen. Als voorbeeld hiervan noemde ze de rechtenfaculteit. Daar maken ze gebruik van livestreams omdat niet alle studenten in één zaal passen. Bransen bekritiseerde op zijn beurt dit voorstel. ‘Dan denk ik: dat heeft helemaal niks met onderwijs te maken. Je kan overal op het internet colleges over elk thema volgen. Veel beter dan wij hier geven, vermoed ik zelfs’, lachte de hoogleraar. Zelfs bij CvB-voorzitter Wigboldus kon er een minzame glimlach vanaf.

Laat een reactie achter

Gerelateerde artikelen